Quiz Summary
0 van 10 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 10 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 10
1. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Door zijn gedrag | is | de toestand | erg moeilijk | geworden .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
December |is | een gezellige maand .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Is | hij | gisteren | erg lang | bij jullie | gebleven ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Waarom |zou | dat meisje | zo onbetrouwbaar | lijken ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Tijdens de vakantie | werd | mijn broertje | veel zieker .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Het schoolreisje | was | voor veel leerlingen | erg vermoeiend .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Ik | ben | benieuwd | naar de resultaten van deze oefening .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Zij | is | een uitstekende voetbalster | geweest .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Jullie | zouden |toch | naar dat popconcert | gaan ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Waarom | had | ik | vrolijk | moeten zijn ?
GoedOnjuist