In deze periode is er niet echt een overheersende stroming aan te wijzen. We zien schrijvers die de dagelijkse werkelijkheid, soms met fantastische elementen, in hun werk weergeven (realisme), maar andere schrijven op een romantische manier over hun jeugd. Belangrijk is in deze jaren het tijdschrift ‘De Revisor’ (1974-). Voor redacteuren en schrijvers van dit blad zijn stijl en kwaliteit belangrijker dan boodschap en vorm. Een van de oprichters van ‘De Revisor’ is Dirk Ayelt Kooiman die vooral bekend is geworden met zijn roman ‘Montyn’. Schrijvers die zich verwant voelen aan de literatuuropvattingen van ‘De Revisor’ zijn: A.F.Th. van der Heijden en Leon de Winter.
Nieuw is het feminisme in de literatuur. Veel vrouwen schrijven over onderdrukking en bevrijding van de vrouw. Enkele bekende namen: Hannes Meinkema, Renate Dorrestein, Anja Meulenbelt en Marion Bloem.
In deze jaren zien we ook de opkomst van de column. Bekende columnisten zijn Gerrit Komrij, Rudy Kousbroek, Hugo Brandt Corstius en Kees van Kooten.
=> Maarten Biesheuvel