De persoonsvorm ziet er in de tegenwoordige tijd zo uit:
(De stam van het werkwoord is de vorm die je krijgt als je het werkwoord in de tegenwoordige tijd vervoegt met ‘ik’.)
enkelvoud | stam | ik loop, loop jij |
enkelvoud | stam + t | jij/u loopt hij/zij/het loopt |
meervoud | hele werkwoord | wij lopen, jullie lopen, zij lopen |
Oefeningen
[button-big label=”Vervoeging in de tegenwoordige tijd ( brugklas)” url=”/oefeningen/oefening-vervoeging-in-de-tegenwoordige-tijd/”]
[button-big label=”De tegenwoordige tijd (brugklas)” url=”/oefeningen/oefening-persoonsvorm-in-de-tegenwoordige-tijd/”]
[button-big label=”De tegenwoordige tijd ( brugklas)” url=”/oefeningen/de-spelling-van-de-persoonsvorm-in-de-tegenwoordige-tijd/”]
[button-big label=”De tegenwoordige tijd (brugklas)” url=”/oefeningen/oefening-persoonsvorm-in-de-tegenwoordige-tijd-2/”]
[button-big label=”De tegenwoordige tijd (brugklas/2 havo/vwo)” url=”/oefeningen/oefening-persoonsvorm-in-de-tegenwoordige-tijd-2/”]
[button-big label=”De tegewoordige tijd van van zwakke en sterke werkwoorden (niveau brugklas 2havo/vwo)” url=”/oefeningen/oefening-vervoeging-van-zwakke-en-sterke-werkwoorden-in-de-tegenwoordige-tijd-en-verleden-tijd/”]
[button-big label=”Gebeurd of gebeurt?” url=”/oefeningen/gebeuren/”]
[button-big label=”Persoonsvormen en voltooide deelwoorden” url=”/oefeningen/oefening-persoonsvormen-en-voltooide-deelwoorden/”]
[button-big label=”Engelse werkwoorden 1″ url=”/oefeningen/oefening-engelse-werkwoorden/”]
[button-big label=”Engelse werkwoorden 2″ url=”/oefeningen/oefening-2-engelse-werkwoorden/”]
Werkwoordspelling
[button-big label=”Stappen om tot de juiste spelling van een werkwoordsvorm te komen” url=”/oefeningen/uitleg-werkwoordspelling/”]
[button-big label=”Welk referentieniveau behaal jij?” url=”/oefeningen/werkwoordspelling-welk-referentieniveau-behaal-jij/”]
[button-big label=”Puzzel werkwoordspelling” url=”/oefeningen/puzzel-werkwoordspelling/”]
[youtube]https://www.youtube.com/embed/3NUcVQSjXjE[/youtube]