Werken is goed voor je.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Hij had genoeg van het leven.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Vijf kilometer kan ik makkelijk lopen.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Het rijden op de rondweg van Parijs is geen pretje.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Ik zal je daar nog over mailen.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Ik kan erg slecht tegen wachten.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Julie zullen toch netter moeten werken.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Voorlezen vindt ze erg leuk om te doen.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
Opruimen doen de meeste kinderen niet graag.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord
We zullen een reis naar Parijs boeken.
- werkwoord
- zelfstandig naamwoord