- Uitleg
- Uitleg
In de oefeningen op deze pagina komen alle onderdelen van het onderdeel Zinsdelen aan bod. Zo weet je of je de theorie goed onder de knie hebt!
Tip
Heb je nog moeite met een van de onderdelen? Lees dan de theorie nog een keer door en maak de oefeningen nog een keer.
Heel veel succes!
- Video
- Video
- Oefening 1
- Test jezelf
- Oefening 1
- Test jezelf
Quiz Summary
0 van 12 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 12 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- 11
- 12
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 12
1. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De waterstand bezorgt gemeentewerken deze zomer veel problemen.Sort elements
- lijdend voorwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- onderwerp
- bijwoordelijke bepaling
-
veel problemen
-
bezorgt
-
gemeentewerken
-
De waterstand
-
deze zomer
GoedOnjuist -
Question 2 of 12
2. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De aanvoerder was tevreden met de uitslag.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van naamwoordelijk gezegde
- voorzetselvoorwerp
-
de aanvoerder
-
was
-
tevreden
-
met de uitslag
GoedOnjuist -
Question 3 of 12
3. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Die overtreding kostte hem weer een gele kaart.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- lijdend voorwerp
-
die overtreding
-
kostte
-
hem
-
weer
-
een gele kaart
GoedOnjuist -
Question 4 of 12
4. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Hij heeft zijn stem hees geschreeuwd op l’Alpe d’Huez.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- lijdend voorwerp
- bepaling van gesteldheid
- bijwoordelijke bepaling
-
hij
-
heeft geschreeuwd
-
zijn stem
-
hees
-
op l\'Alpe d\'Huez
GoedOnjuist -
Question 5 of 12
5. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Waarom zou die verzorger zo onbetrouwbaar zijn?Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- onderwerp
-
Waarom
-
zou zijn
-
zo onbetrouwbaar
-
die verzorger
GoedOnjuist -
Question 6 of 12
6. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De conrector heeft haar vanmorgen het slechte nieuws al verteld.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- lijdend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
-
De conrector
-
heeft verteld
-
haar
-
vanmorgen
-
het slechte nieuws
-
al
GoedOnjuist -
Question 7 of 12
7. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Ik ben deze keer benieuwd naar de resultaten van deze oefening.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijk bepaling
- voorzetselvoorwerp
-
Ik
-
ben
-
benieuwd
-
deze keer
-
naar de resultaten van deze oefening
GoedOnjuist -
Question 8 of 12
8. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Hij rekende bij dit proefwerk niet op een voldoende.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- bijwoordelijk bepaling
- bijwoordelijk bepaling
- voorzetselvoorwerp
-
Hij
-
rekende
-
bij dit proefwerk
-
niet
-
op een voldoende
GoedOnjuist -
Question 9 of 12
9. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Pieter wil later architect worden.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijke bepaling
- naamwoordelijk deel van het gezegde
-
Pieter
-
wil worden
-
later
-
architect
GoedOnjuist -
Question 10 of 12
10. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Door de opmerking van haar moeder gisteravond werd de zaak duidelijk.Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijke bepaling
- onderwerp
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
-
Door die opmerking van haar moeder
-
werd
-
gisteravond
-
de zaak
-
duidelijk
GoedOnjuist -
Question 11 of 12
11. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Half verdoofd liep de stier vanmiddag door de straten van Pamplona.Sort elements
- bepaling van gesteldheid
- werkwoordelijk gezegde
- onderwerp
- bijwoordelijke bepaling
- bijwoordelijke bepaling
-
Half verdoofd
-
liep
-
de stier
-
vanmiddag
-
door de straten van Pamplona
GoedOnjuist -
Question 12 of 12
12. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Na vijf weken werd me door de voorzitter de conclusie meegedeeld.Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- onderwerp
-
Na vijf weken
-
werd meegedeeld
-
me
-
door de voorzitter
-
de conclusie
GoedOnjuist
- Oefening 2
- Test jezelf
- Oefening 2
- Test jezelf
Quiz Summary
0 van 10 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 10 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 10
1. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Door zijn gedrag | is | de toestand | erg moeilijk | geworden .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
December |is | een gezellige maand .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Is | hij | gisteren | erg lang | bij jullie | gebleven ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Waarom |zou | dat meisje | zo onbetrouwbaar | lijken ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Tijdens de vakantie | werd | mijn broertje | veel zieker .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Het schoolreisje | was | voor veel leerlingen | erg vermoeiend .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Ik | ben | benieuwd | naar de resultaten van deze oefening .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Zij | is | een uitstekende voetbalster | geweest .
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Jullie | zouden |toch | naar dat popconcert | gaan ?
GoedOnjuist -
Question 9 of 10
9. Question
Selecteer de juiste afkortingen. Gebruikte afkortingen: Het werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde = ng wd en het naamwoordelijk deel = ng nd, wg = werkwoordelijk gezegde. o = onderwerp, lv = lijdend voorwerp, mv = meewerkend voorwerp vv = voorzetselvoorwerp en bwb = bijwoordelijke bepaling. De zinsdelen staan tussen strepen (|…|) en de afkortingen staan achter een zinsdeel. In die zinsdelen staan soms zinsdeelstukken namelijk: bvb = bijvoeglijke bepaling en bwbzs = bijwoordelijk bepaling als zinsdeelstuk.
Waarom | had | ik | vrolijk | moeten zijn ?
GoedOnjuist
- Oefening 3
- Test jezelf
- Oefening 3
- Test jezelf
Quiz Summary
0 van 13 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 13 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- 11
- 12
- 13
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 13
1. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De waterstand bezorgt gemeentewerken deze zomer veel problemen.Sort elements
- lijdend voorwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- onderwerp
- bijwoordelijke bepaling
-
veel problemen
-
bezorgt
-
gemeentewerken
-
De waterstand
-
deze zomer
GoedOnjuist -
Question 2 of 13
2. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De aanvoerder was tevreden met de uitslag.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van naamwoordelijk gezegde
- voorzetselvoorwerp
-
de aanvooerder
-
was
-
tevreden
-
met de uitrslag
GoedOnjuist -
Question 3 of 13
3. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Die overtreding kostte hem weer een gele kaart.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- lijdend voorwerp
-
die overtreding
-
kostte
-
hem
-
weer
-
een gele kaart
GoedOnjuist -
Question 4 of 13
4. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Hij heeft zijn stem hees geschreeuwd op l’Alpe d’Huez.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- lijdend voorwerp
- bepaling van gesteldheid
- bijwoordelijke bepaling
-
hij
-
heeft geschreeuwd
-
zijn stem
-
hees
-
op l\'Alpe d\'Huez
GoedOnjuist -
Question 5 of 13
5. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Hij heeft zijn stem hees geschreeuwd op l’Alpe d’Huez.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- lijdend voorwerp
- bepaling van gesteldheid
- bijwoordelijke bepaling
-
hij
-
heeft geschreeuwd
-
zijn stem
-
hees
-
op l\'Alpe d\'Huez
GoedOnjuist -
Question 6 of 13
6. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Waarom zou die verzorger zo onbetrouwbaar zijn?Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- onderwerp
-
Waarom
-
zou zijn
-
zo onbetrouwbaar
-
die verzorger
GoedOnjuist -
Question 7 of 13
7. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
De conrector heeft haar vanmorgen het slechte nieuws al verteld.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- lijdend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
-
De conrector
-
heeft verteld
-
haar
-
vanmorgen
-
het slechte nieuws
-
al
GoedOnjuist -
Question 8 of 13
8. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Ik ben deze keer benieuwd naar de resultaten van deze oefening.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijk bepaling
- voorzetselvoorwerp
-
Ik
-
ben
-
benieuwd
-
deze keer
-
naar de resultaten van deze oefening
GoedOnjuist -
Question 9 of 13
9. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Hij rekende bij dit proefwerk niet op een voldoende.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- bijwoordelijk bepaling
- bijwoordelijk bepaling
- voorzetselvoorwerp
-
Hij
-
rekende
-
bij dit proefwerk
-
niet
-
op een voldoende
GoedOnjuist -
Question 10 of 13
10. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Pieter wil later architect worden.Sort elements
- onderwerp
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijke bepaling
- naamwoordelijk deel van het gezegde
-
Pieter
-
wil worden
-
later
-
architect
GoedOnjuist -
Question 11 of 13
11. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Door de opmerking van haar moeder gisteravond werd de zaak duidelijk.Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
- bijwoordelijke bepaling
- onderwerp
- naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde
-
Door die opmerking van haar moeder
-
werd
-
gisteravond
-
de zaak
-
duidelijk
GoedOnjuist -
Question 12 of 13
12. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Half verdoofd liep de stier vanmiddag door de straten van Pamplona.Sort elements
- bepaling van gesteldheid
- werkwoordelijk gezegde
- onderwerp
- bijwoordelijke bepaling
- bijwoordelijke bepaling
-
Half verdoofd
-
liep
-
de stier
-
vanmiddag
-
door de straten van Pamplona
GoedOnjuist -
Question 13 of 13
13. Question
Zet de namen van de zinsdelen bij de zinsdelen.
Na vijf weken werd me door de voorzitter de conclusie meegedeeld.Sort elements
- bijwoordelijke bepaling
- werkwoordelijk gezegde
- meewerkend voorwerp
- bijwoordelijke bepaling
- onderwerp
-
Na vijf weken
-
werd meegedeeld
-
me
-
door de voorzitter
-
de conclusie
GoedOnjuist
- Oefening 4
- Test jezelf
- Oefening 4
- Test jezelf
Quiz Summary
0 van 10 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 10 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 10
1. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Tijdens het gesprek gaf de lerares hem een compliment .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Die gemene overtreding bezorgde de spits weer een rode kaart .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Hij vertelde haar het verhaal voor de derde keer .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
De jongen heeft het nieuws gisteren al aan zijn vader verteld .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Heb je voor mij ook een blikje meegebracht ?
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
De winkelier gaf ons een goede raad bij de aankoop van een netbook .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Waarom hebben jullie dat aan hem gegeven ?
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
De post brengt ons steeds vaker reclame .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Hem geef ik niets .
GoedOnjuist -
Question 5 of 10
5. Question
Benoem in de volgende zinnen: werkwoordelijk gezegde (wg), onderwerp (ond), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (mv), bijwoordelijke bepaling (bwb)
Belangstellenden worden inlichtingen verstrekt door de webmaster .
GoedOnjuist
- Oefening 5
- Test jezelf
- Oefening 5
- Test jezelf
Quiz Summary
0 van 10 vragen ingevuld
Questions:
Information
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading…
You must sign in or sign up to start the quiz.
You must first complete the following:
Resultaten
Resultaten
0 van de 10 vragen goed beantwoord
Your time:
Time has elapsed
You have reached 0 of 0 point(s), 0
Earned Point(s): 0 of 0, (0)
0 Audio(s)/Essay(s) Pending (Possible Point(s): 0)
Categories
- zinsdelen – test jezelf 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- 10
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Question 1 of 10
1. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Mijn broer komt met de scooter.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 2 of 10
2. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Hij kreeg een onvoldoende.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 3 of 10
3. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Zoiets had de trainer niet verwacht.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 4 of 10
4. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Het schilderij heeft hij verkocht.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 5 of 10
5. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Zij had al langer een verhouding.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 6 of 10
6. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
De man fluistert.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 7 of 10
7. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
De hamster moet hij nog voeren
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 8 of 10
8. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
De boer gaf zijn dieren extra voer.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 9 of 10
9. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Yvonne heeft Gijs een e-mail gestuurd.
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -
-
Question 10 of 10
10. Question
Vul de woorden die de persoonsvorm, het werkwoordelijk gezegde, het onderwerp en het lijdend voorwerp vormen in. Als een bepaald zinsdeel volgens jou niet in de zin staat, vul je in geen.
-
Mag ik jullie een kleine bijdrage vragen?
persoonsvorm =
werkwoordelijk gezegde =
onderwerp =
lijdend voorwerp =
GoedOnjuist -